Hoe alles plots kantelde in de cruciale dagen voor 22 maart: ‘Er hoorde niks te gebeuren in België’
Zaterdag 19 maart 2016. De aankoopbon rolt om 14.42 uur uit de kassa van de SportsDirect in de City 2 in Brussel. Honkbalpet met opschrift No Fear NY: 6 euro. Dunlop Hard Suitcase: 58 euro. Firetrap Denim Bucket: 10 euro. Dat laatste is een vissershoedje. Over drie dagen zal dat het meest gezochte hoedje ter wereld zijn. De reiskoffer zal door de politie worden teruggevonden in het laatste safehouse van de terreurcel, een appartement in de Max Roosstraat in Schaarbeek.
De man die loopt te shoppen is de dan 23-jarige Syrische Zweed Osama Krayem. Hij is in augustus 2014 vanuit Malmö naar Syrië getrokken en heeft zich een jaar later met de Tunesiër Sofien Ayari in de vluchtelingenstroom naar Griekenland gemengd. Hij leeft al maandenlang ondergedoken en is meermaals van het ene Brusselse safehouse naar het andere verhuisd.
“Ibrahim El Bakraoui gaf me een lijst met dingen die ik moest kopen”, zegt Krayem in een verhoor op 23 april 2016. “Ik moest ook twee grote rugzakken kopen.”
Later die namiddag koopt Krayem nog enkele grote reistassen en een snelkookpan. Khalid El Bakraoui en hij zullen over drie dagen met een met TATP-poeder gevulde rugzak de metro nemen in station Pétillon. El Bakraoui zal zich vier stations verder opblazen. Krayem niet.
‘Testamenten maken’
Lange tijd is aangenomen dat een schietincident aan een safehouse in de Driesstraat in Vorst op dinsdag 15 maart de trigger was voor de aanslagen van een week later. De krant La Dernière Heure publiceerde daags na het incident op zijn frontpagina foto’s van de gangsterbroers Ibrahim (29) en Khalid El Bakraoui (27). Die laatste had het appartement in Vorst gehuurd om Salah Abdeslam en Sofien Ayari te verbergen. Een derde bewoner, de Algerijn Mohamed Belkaid, bleef op 15 maart de politie urenlang beschieten met een kalasjnikov. Volgens Krayem had het anders kunnen lopen. Ibrahim El Bakraoui, die contact had met Raqqa, was twee dagen eerder op bezoek geweest om Belkaid te melden dat zijn beste vriend was gesneuveld. Belkaid, zegt Krayem, “was beginnen te huilen, en dit kan zijn beslissing tot confrontatie met de politie hebben beïnvloed”. Via analyse van gsm-verkeer vinden de speurders het onderduikadres van Abdeslam en Ayari in Molenbeek. Zij zullen op vrijdag 18 maart 2016 worden gearresteerd.
Mohamed Abrini, de latere man met het hoedje in Zaventem, zegt in een verhoor dat hij en Krayem die vrijdag alles live volgden vanuit een tijdelijk safehouse in de Tivolistraat in Laken: “We keken naar televisie, naar de arrestatie van Salah. Je kon zien dat het allemaal voorbij was. Wat Krayem betreft: ik wist dat hij het niet zou doen. We hadden het elkaar niet verteld, maar ik zag het in zijn ogen.”
Op vrijdagavond, zo beamen Abrini en Krayem, was er nog niets beslist over een aanslag. Dat blijkt ook uit een kasticket van de Zeeman in Elsene. Ibrahim El Bakraoui rekent daar om 15.37 uur af, en dat is exact 23 minuten voor de arrestatie van Salah. Hij koopt 1 flacon Axe-douchegel, 2 XL-boxershorts, 2 T-shirts, 1 trui en 6 paar kousen.
De vrees dat Salah zou praten blijkt achteraf ongegrond. Als de speurders hem op 26 april 2016 in de gevangenis van Beveren verhoren, gaat het zoals altijd.
– “Ik heb niets te zeggen.”
– “Heeft u van ver of dichtbij iets te maken met deze aanslagen?”
– “Ik heb er absoluut niets mee te maken. En ik zal mijn recht gebruiken om te zwijgen voor al de rest van de vragen.”
Apotheker van wacht
Mohamed Abrini praat wel. Hij zegt: “Het oorspronkelijke doel was vijfhonderd kilo TATP. Er was sprake van een grotere aanslag in Frankrijk in juni 2016. Voertuigen gevuld met TATP zouden tijdens het EK voetbal als ramauto’s in de fanzones worden gebruikt. Er hoorde niks te gebeuren in België. 22 maart was niet gepland omdat de anderen zeiden dat België onbeduidend was, en dat het de basis was waar ze zich schuilhielden. De speurders geloofden me eerst niet. Gelukkig zag u op de pc dat het klopte. Het doelwit was Euro 2016.”
En er is tijd zat, lijken celleiders Laachraoui en de El Bakraoui’s begin maart te denken. TATP produceren gebeurt bij voorkeur langzaam en in kleine hoeveelheden. Het is een heel explosief goedje.
Zaterdag 27 februari. Ibrahim El Bakraoui heeft de sleutels van het appartement in de Max Roosstraat. Hij huurt het met een gestolen identiteitskaart. Het appartement is anders dan alle vorige safehouses ruim genoeg om te dienen als nieuw bommenatelier.
Donderdag 3 maart. Beveiligingscamera’s in metrostation Rogier pikken Ibrahim El Bakraoui en Krayem op, nadat ze in de Blokker in de City 2 enkele plastic Curver-kuipen van 4 liter en een Pyrex-maatbeker zijn gaan kopen. “Alles verliep ontspannen”, zegt Krayem. “We gingen ook voor een kop koffie en een wafel.”
Vrijdag 4 maart. Krayem loopt in station Rogier voorbij een camera met een immense plastic Curver-kuip die vanaf de vloer tot aan zijn middel komt. Wellicht waren de kuipen van de vorige dag niet groot genoeg.
Maandag 7 maart. El Bakraoui koopt in een doe-het-zelfzaak in hartje Brussel chemische bestanddelen voor het aanmaken van TATP-poeder.
Maandag 14 maart. El Bakraoui en Krayem trekken met een caddy naar dezelfde winkel voor grote hoeveelheden chemicaliën. Ze lopen om 16.07 uur voorbij een camera in station Lemonnier.
Diezelfde avond loopt El Bakraoui om 22.32 uur in metrostation Diamant voorbij een camera met een wit plastic zakje in zijn linkerhand. Vlak bij Diamant is die avond de Schaarbeekse apotheker van wacht. Volgens de kassa van de apotheek is iemand daar die avond een pak pleisters van het merk Cutiplast en een tube Flamigel gaan kopen. Er is een brandje geweest. Krayem heeft brandwonden aan zijn gezicht, Laachroui aan zijn handen. Bij het blussen stroomt er water door het plafond van de huurder op het vierde. In een sms aan de huisbaas belooft El Bakraoui alle kosten op zich te nemen.
Donderdag 17 maart. Laachraoui koopt ontstekers en andere elektronische accessoires.
Drie ijskasten
Bij het maken van TATP moeten de grondstoffen bij zo laag mogelijke temperaturen worden gemengd om ze vervolgens te verdelen in potjes die in de ijskast moeten. In het appartement zijn er drie ijskasten. Een voor proviand, twee andere voor TATP. “Het raam stond de hele tijd open”, zegt Abrini. “Osama Krayem hielp bij deze productie.”
De gemiddelde temperatuur in maart 2016 is 5 graden. Ibrahim El Bakraoui is daarom twee zwarte anoraks gaan kopen. Als Krayem op 8 april wordt gearresteerd, draagt hij de jas nog. Er zitten brandsporen op, vermoedelijk afkomstig van het brandje.
Abrini: “Reken zestien potten per bak, wetende dat vijf potten een kilo TATP opleveren. Dat is wat Najim mij vertelde. Ze deden zestien potten in de ochtend en zestien in de avond. Zo kwamen ze aan zes tot zeven kilo per bak. In het begin waren er twee bakken en daarna vier. Dus in het begin kwamen ze op een totaal van twaalf tot veertien kilo per dag. Daarna verdubbelden ze die hoeveelheid.”
Het technisch labo zal achteraf besluiten dat er in Zaventem en Maalbeek 120 kilo TATP is aangevoerd en er in het appartement nog 160 liter aan bestanddelen aanwezig was, in een dertigtal bidons van 5 liter.
In het appartement vindt het labo ook onder meer injectienaalden, Curver-kuipen, beschermende brillen, drie mondmaskers en lege confituurpotjes. Er moet op zaterdag, zondag en maandag koortsachtig zijn gewerkt.
Niet iedereen kon shoppen. Laachraoui groeide op in Schaarbeek en riskeert op elke straathoek te worden herkend. Abrini staat internationaal geseind sinds hij de aanslagen in Parijs mee faciliteerde. Ook Khalid El Bakraoui durft het appartement niet uit.
Osama Krayem, op 19 juni 2018: “Abrini is een keer naar buiten gegaan toen we in Jette zaten (in een ander safehouse, DDC). Ibrahim was boos op hem omdat hij naar de Delhaize was geweest om snoep te kopen. Abrini deed niet veel moeite om geapprecieerd te worden binnen de groep. Hij mopperde de hele tijd, ze wilden hem doen zwijgen en gaven hem een PlayStation.”
Zo verloopt ook die beslissende zaterdag. Abrini zit op zijn PlayStation te spelen. Ibrahim El Bakraoui neemt bij de Blokker in de City 2 de twee laatste resterende Brabantia Touch-keukenafvalemmers van 30 liter mee. Hij heeft er in totaal vijf nodig. De verkoopster suggereert om het te proberen in de Blokker in Elsene. Om 17.09 uur lopen hij en Krayem voorbij een camera in metrostation Kruidtuin, in Elsene zullen ze de drie extra afvalemmers vinden. Ze moeten dienen als omhulsel voor de voor Zaventem bestemde explosieven. De Brabantia-verpakkingsdozen worden in de vooravond van 22 maart ontdekt in de Max Roosstraat. Daarin zitten ook de HP ProBook en een oude Samsung-gsm.
Jordaanse piloot
Mohamed Abrini heeft de ogen van Krayem correct gelezen.
Osama Krayem: “Ik weet wel dat ik hang, en ik begrijp uw vragen, maar stel uzelf eens de vraag waarom ik geen video heb gemaakt, waarom ik geen testament heb gemaakt, waarom ik het niet deed zoals de anderen. Ik was niet van plan iets te doen. Ik ben niet uit Syrië gevlucht voor de strijd, maar omdat er op bepaalde punten tegenstrijdigheden waren.”
In een verhoor op 25 april 2016: “In Syrië was ik bereid om te sterven. Hier? Nee.”
Op 17 augustus 2017: “Ik heb me niet opgeblazen. Ik was er niet klaar voor om zoiets hier te doen. Was het in Syrië geweest, tegenover de PKK, ik had het misschien gedaan. Daar is het oorlogsgebied, daar is zoiets normaal. Niemand wil mensen zien sterven. Natuurlijk ben ik ontroerd als ik families zie die dierbaren verloren in de metro.”
Osama Krayem heeft voor zijn IS-tijd twee weesjes geadopteerd in Gaza. Hij is welzijnswerker geweest in Malmö. Zijn verhoorteksten kunnen bij momenten het beeld doen ontstaan van een best empathische kerel. Maar spreekt hij de waarheid? Hij ontkent verhoor na verhoor ooit te hebben meegewerkt aan de TATP-productie, maar daags na het brandje loopt hij voorbij een camera met een pleister op zijn gezicht. En hij verzwijgt ook dingen.
Begin 2015 verspreidt IS een video waarin een strijder een brandende toorts laat zakken tot op een streep brandbaar poeder die leidt naar een Jordaanse piloot die in een kooi opgesloten zit. De speurders komen erachter dat Krayem een van dertien IS-strijders met bivakmutsen is die in de video staat toe te kijken als de piloot levend wordt verbrand.
“Bravo voor jullie werk”, is zijn eerste reactie als hij op 15 mei 2018 met de beelden en bewijzen wordt geconfronteerd. “Ik heb hieraan deelgenomen, maar meer wil ik niet zeggen. Het is ook niet ik die de piloot in brand stak.”
In een volgend verhoor zegt hij: “De manier waarop dat is uitgevoerd is niet de beste. Weet u, als in Islamitische Staat een oordeel wordt uitgesproken over een persoon, dan moet dat worden uitgevoerd.”
Maar plots, op een zaterdag, beslissen dat tientallen mensen moeten sterven, enkel omdat de broers El Bakraoui niet naar de gevangenis willen, dat is in de ogen van Krayem blijkbaar iets heel anders.
Morgen deel 2: 22 maart 2016 door de ogen van de overlevende terroristen